Deskundigheid uit Duinkerke nationaal erkend
De regio Duinkerke kent een sterke industriële traditie en staat bekend om haar deskundigheid met betrekking tot de circulaire economie, het hergebruik van bijproducten en bestaande voorzieningen. Onze lokale industriële ecologie is een belangrijke pijler geworden voor de ontwikkeling en aantrekkelijkheid van onze arbeidsmarkt. De « industriële structuur », ontwikkeld door het Bureau voor stadsontwikkeling, maakt dit duidelijk. Deze structuur brengt de belangrijkste regionale uitwisselingen en samenwerkingsverbanden met betrekking tot de circulaire economie in kaart. Het is hierdoor een goed hulpmiddel om inzicht te krijgen in de mogelijkheden en kansen voor onze economie. Zo wordt het lauwwarme water van het koelwatersysteem van de kerncentrale van Gravelines gebruikt door kwekerij « Aquanord » voor het kweken van zeebaars en zeebrasem. Maar ook de LNG-terminal maakt ervan gebruik voor de opwarming van vloeibaar aardgas (LNG, aardgas dat vloeibaar wordt bij -161°C bij een normale luchtdruk); een fundamentele stap voor de hervergassing en de distributie van aardgas via het gasnetwerk.
Hergebruik van talloze bijproducten
Koude energie, warmte en koepelgas, slak, baggerslib en andere bijproducten van diverse lokale productielocaties leiden tot nauwe samenwerkingen tussen regionale producenten en trekken steeds meer nieuwe bedrijven aan.
Zo maakt niet alleen de gascentrale DK6 (790MW) gebruik van de industriële gassen van ArcelorMittal, maar wordt ook de hoogovenwarmte van opnieuw gebruikt voor het verwarmingsnetwerk van Duinkerke. Dit netwerk heeft zich vanaf de jaren tachtig geleidelijk aan verder ontwikkeld en wordt door Dalkia beheerd. Het verwarmt 6.000 woningen en heel wat openbare voorzieningen in de agglomeratie (ziekenhuis, kantoor van de stadsagglomeratie, stadhuis, scholen, zwembaden). Consumenten die aangesloten zijn op dit netwerk betalen 15 tot 20% minder dan de gemiddelde consument. Binnenkort volgen RioTinto Alcan en andere industrielocaties dit voorbeeld. Hiervoor zullen recyclesystemen moeten worden geplaatst.
Aantrekkelijke grondstoffen voor de industrie
De aanstaande vestiging van Ecocem, vlakbij ArcelorMittal, is een ander voorbeeld van circulaire economie. Gevestigd op een verlaten industrieterrein, gaat Ecocem slak uit de staalindustrie bewerken voor de productie van cement. Daarnaast gaat het bedrijf voor zijn productieproces gebruikmaken van de hoogovengassen. Door gebruik van deze geavanceerde technologie kan Ecocem een ecologischer en competitiever eindproduct leveren dat betere technische prestaties levert en esthetisch gezien aantrekkelijker is.
Ook de Belgische groep Indaver gaat zich in Duinkerke vestigen met IndaChlor®, een fabriek voor de verwerking en recycling van reststoffen van productieprocessen en chloorhoudende reststromen. De vestiging staat gepland voor 2018 en gaat gepaard met een compleet industrieel ecologisch project. IndaChlor gaat namelijk zijn buurman Ecophos, producent van voedselfosfaten, van het zoutzuur voorzien dat hij nodig heeft voor zijn productieproces. De energie die vervolgens tijdens het verwerkingsproces vrijkomt in de vorm van stoom, zal weer gebruikt worden door zijn andere buurman, Ryssen Alcools, Europees wereldleider op het gebied van alcoholproductie. Hiervoor worden pijpleidingen gelegd die de drie productielocaties met elkaar verbinden.
Tal van voordelen
Voor bedrijven: Het gaat hier om schaalvoordelen (gezamenlijke aankopen, het spreiden van afvalinzameling, enz…); de verlaging van de kosten voor transport en afvalverwerking, en het aanboren van nieuwe inkomstenbronnen (verkoop van bijproducten) om beter te kunnen concurreren en het imago te verbeteren.
Voor de gemeenschap: Het betreft met name een vermindering van de milieueffecten en de consumptie van natuurlijke hulpbronnen, de ontwikkeling van nieuwe activiteiten en productieketens, een stevigere verankering in de regio door het benutten van lokale hulpbronnen en het scheppen en verzekeren van lokale werkgelegenheid.